Bokrijk: Kindertrauma, revisited.

‘We kunnen gaan wandelen door het water‘, wierp ik op. De typische vrijdagse strijd om het weekend had op dit punt al heel wat bochten genomen. Het was al duidelijk dat we het huis – wéér – niet zouden kuisen. Ook was duidelijk dat we niet naar de cinema zouden gaan. De strijd; dat was er één tussen wandelen en museumbezoek. We kozen dan maar voor het Belgisch compromis: ik mocht gaan wandelen door het water, hij reserveerde tickets voor het Openluchtmuseum Bokrijk. Ik hoopte dat die tickets in rook zouden opgaan, uit de wagen zouden waaien, bij een overval gestolen zouden worden of simpelweg ongeldig verklaard zouden worden. De laatste plaats waar ik mijn weekend wou doorbrengen was tussen lemen huisjes in Bokrijk, een kindertrauma herbelevend. 

Piep-piep, zei de scanner en daarmee nam het toestel elke hoop weg dat ons de toegang ontzegd zou worden. Het moet meer dan twintig jaar geleden zijn dat ik nog in Bokrijk was, maar als kind maakte ik een duidelijke afspraak met mezelf om nooit nog naar dat vreemde dorp terug te gaan. Ik begréép Bokrijk niet. De school kondigde aan dat we een dorp zouden bezoeken ‘waar mensen leven zoals vroeger’. Ik beeldde mij rotsen en grotten in, maar ik kwam terecht in een dorp met hoeves zoals er tientallen waren in Heist-op-den-Berg. Waarom uren in een bus zitten om huizen te bezoeken waar we maar vijftien minuten voor op een bus moesten zitten? En waarom deden die mensen hier zo raar? Ik begreep maar niet waarom die mensen daar vrijwillig bleven wonen. Waren ze daar onder dwang? Was dit een sekte? Betekende dit dat er in al die hoeves in Heist-op-den-Berg ook sekteleden woonden en waren daar ook mensen die onder dwang in erbarmelijke omstandigheden leefden alsof elektriciteit en toiletten nog niet uitgevonden waren? Ik wandelde als kind Bokrijk buiten met een hoop vragen en een trauma voor verklede personen. 

Ik denk dat mijn school beter eerst lessen rond method acting had gegeven alvorens ons naar Bokrijk te sturen. Zelfs nu, als volwassen vrouw, stapte ik elk huisje met een bang hart binnen. Uit angst zonder toestemming een toneelstuk te betreden waar ik zelf deel van moest uitmaken. Het leven is al één groot toneelspel, dus wou ik vooral even niet spelen. Tot mijn grote opluchting bleek Bokrijk helemaal niet meer te lijken op mijn herinnering. De beangstigende mensen van weleer waren plots omgetoverd tot werkenden die in hun toon reikhalzend uitkeken naar het eind van de werkdag. Een geluid dat je als kind niet kan herkennen, daarvoor moet je al even zelf op het toneelstuk des levens staan. Bovendien was het veel interessanter om uitleg te krijgen over de techniek van toen, dan om een kat-en-muisspel te spelen met de aanwezige acteurs. 

Ik kan dus met een opgelucht hart toegeven dat er alweer een kindertrauma gesneuveld is – en dat mijn angst voor Bokrijk compleet ongegrond was. ‘k Moet zelfs eerlijk toegeven dat ik het een zeer interessante uitstap vond. De verwrongen herinnering die ik aan Bokrijk had, heeft nu plaatsgemaakt voor appreciatie. Die hoeves uit Heist-op-den-Berg? Die staan daar echt, in Bokrijk. Blijkbaar zijn ze steen per steen, balk per balk, afgebroken en aan het openluchtmuseum geschonken. Net zoals de andere gebouwen daar. Ik dacht altijd dat men random huizen had nagebouwd; nooit had ik erbij stilgestaan dat daar échte huizen stonden. Ik had ook nooit stilgestaan bij het feit dat onze school ons naar Bokrijk stuurde, omdat Dr. Jozef Weyns – naar wie onze school vernoemd werd – daar een sleutelrol heeft gespeeld. Het was als een puzzel die in elkaar viel. En Bokrijk had blijkbaar bijna ooit in Beerzel gelegen, aangezien Ter Speelbergen als voorloper van Bokrijk wordt aangewezen. Dan had ik allicht een pak eerder mijn irrationele angst onder ogen moeten komen. 

Het meest vreemde aan onze daguitstap naar Bokrijk vond ik dat ik het museum als modern zou omschrijven. Museumshop gesloten wegens renovatie? Dan bezoek je de webshop toch, 24/7? Een lege hoeve? Daar kan toch perfect een strakke fototentoonstelling in rond oude ambachten. Het was net die mix tussen oud en nieuw die ik het interessants vond en waarvan ik hoop dat het museum hierop gaat blijven inzetten. Blijkbaar was er ook een permanente tentoonstelling over de jaren ’60. Ik kan niet wachten tot er een tentoonstelling is over de jaren ’90 en ik dan boutades kan uitbrengen à la ‘de goede oude tijd‘ en ‘toen was alles toch beter he‘. Zie je het ook? Zo’n gebouw vol Joepie-posters, Samson-knuffels, Nintendo Gameboys, Tamagotchis, Furbys en oude computers met allemaal colourblocking websites met maar drie knoppen? Ik zie het helemaal voor mij en ik voel mij er al thuis. Bokrijk, als jullie ooit een jaren ’90 gebouw willen oprichten: call me. 

Gerelateerde berichten

We hebben Bokrijk bezocht met onze Museumpas. Meer musea bezoeken? Dan kan je hier inspiratie ophalen.

Op zoek naar andere ervaringen in Limburg? Lees dan onze andere posts over Limburg.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s